HOME

HONDERD JAAR MARIA HEMELVAART IN BAVEL

door Jan van der Westerlaken.

Op 24 mei beginnen in Bavel de feestelijkheden rondom het 100 jarig bestaan van de parochiekerk in Bavel. Op deze dag zal de heemkundekring Paulus van Daesdonck een uitgave over de Bavelse kerk het licht doen zien.
Pater C. Rademaker van de Paters van de H. Harten aan de seminarieweg in Bavel heeft zich bereid verklaard zich te verdiepen in de archieven van de Bavelse parochiegemeenschap. Het resultaat hiervan is een erg boeiend boekje geworden over het Bavelse wel en wee.
Het boekje heet "Kerken in Bavel" en behandelt de parochiegeschiedenis van Bavel in vogelvlucht van 992, toen Helmondes de gravin van Strijen aan de abdij van Thorn een aantal bezittingen in de omgeving van Breda schenkt o.a. het goed Gillesa (Gilze) waaronder het grondgebied van Bavel valt, tot 1987. Vele Bavelse families passeren de revue en het boekje wordt verlucht met prachtige nota's en tekeningen van het oude Bavel.
In 1316 moet er in Bavel al een kerkgebouw gestaan hebben en na de grote brand van 1484 werd er een nieuwe kerk gebouwd.
De Brigidaklok, die in 1463 werd gegoten en nog steeds zijn mooie bronzen klanken over Bavel strooit had deze ramp overleefd .
In 1648 toen de tachtigjarige oorlog voorbij was werd de openbare uitoefening van de katholieke eredienst verboden en kregen een handjevol protestanten de beschikking over de kerk van Bavel. De katholieken verhuisden naar een schuilkerkje op het kasteel IJpelaar. Doordat de protestanten de kerk in Bavel slechts enkele keren per jaar gebruikten raakte het fraaie kerkgebouw al snel in verval.
Toen de Fransen in 1795 de katholieken weer in staat stelden hun eredienst in het openbaar te houden begon in Bavel de strijd om de teruggave van de kerk.
Pas in 1809 kregen de katholieken tegen betaling van f 800,-- hun kerk terug.
In 1809 werd op de toren van de kerk een optische telegraaf geplaatst. Deze heeft gefunctioneerd tot 1813 en werd gebruikt om berichten snel van Parijs naar Amsterdam door te zenden. Dat ging in een voor die tijd respectabele snelheid van 750 km per uur.
In het boekje "Kerken in Bavel" vindt U precies uitgelegd hoe dat in zijn werk ging.
Bavel heeft in de 17e en 18e eeuw meerdere schuurkerken gehad waaronder in Kasteel IJpelaar. In 1670 veranderde het kasteel IJpelaar weer van eigenaar en deze had geld nodig. Na veel geharrewar en processen werd in 1743 een nieuwe kerkschuur gebouwd aan de rand van het dorp ongeveer op de plaats waar nu het H. Hartbeeld staat.
De oude kerk, die stond waar nu het kerkhof van Bavel ligt, voldeed op het einde van de 19e eeuw niet meer aan de eisen van die tijd. Pastoor Petrus Leijten, die later bisschop werd, nam het initiatief een nieuwe kerk te bouwen. Architect werd L. van Langelaar, een leerling van de beroemde neogotische bouwmeester Pierre Cuypers.
Het is dus niet te verwonderen dat Bavel een prachtig neogotisch bouwwerk kreeg. Op 6 april 1886 werd de eerste steen gelegd en op 23 mei 1887 werd de kerk door bisschop Petrus Leijten geconsacreerd.
De kerk had f 66.000,-- gekost. De restauratie zal in onze tijd wel het tienvoudige gaan kosten! Pater Rademaker beschrijft verder in het boekje de versieringen die later in de kerk zijn aangebracht en door wie ze zijn geschonken.
Hij vertelt over de oude Brigidaklok, die de stormen des tijds heeft doorstaan en zelfs de Tweede Wereldoorlog heeft overleefd. Samen met de twee kleinere klokken is de Brigidaklok in 1943 uit de toren gehaald om omgesmolten te worden tot oorlogstuig.
De Brigidaklok kwam op 5 februari 1945 weer thuis en het Angelusklokje werd op 9 april 1949 weer thuis bezorgd. In 1950 werd er een nieuwe zware luidklok aan toegevoegd.
Bij begrafenissen horen we het mooie samenspel van de oude en de nieuwe klok. Als er een vrouw begraven wordt begint en eindigt de lichte klok en in het middengedeelte voegt het 'sonore geluid van de zware klok er zich bij. Als er een man begraven wordt begint en eindigt de zware klok.
Een welluidende traditie, die in Bavel gelukkig nog steeds gehandhaafd wordt. Pater Rademaker vertelt verder over het orgel dat al dateert uit 1865. Ook de pastoors, die tussen 1887 en 1987 in Bavel hebben gewerkt worden in het boekje niet vergeten. 151 Achtereenvolgens zijn dat: pastoor van Hees, Deken Dr. Dirckx, pastoor Deens, pastoor Vermeulen en pastoor Riemslag.
In het boekje lezen we over processies en kindsheidoptochten, over plechtige hoogmissen en missies, die gehouden werden door Redemptoristen en vergezeld gingen van geweldige donderpreken, waarvan iedereen muisstil werd. Bavel heeft zijn zonen en dochters uitgestuurd tot in de verste uithoeken van de wereld. Twee hiervan heeft Pater Rademaker wat meer in de schijnwerper gezet.
Zuster Boomaars, die in 1896 naar Suriname vertrok en daar onder de melaatsen ging werken. In 1913 werd zij zelf melaats. Zij bleef echter werkzaam in de lepraverpleging en is op hoge leeftijd in 1956 overleden.
Pater Jan Verschueren is werkzaam geweest bij de koppensnellers van Nieuw-Guinea en ondernam wekenlange tochten door onbekend Nieuw-Guinea samen met pater Meeuwese.
Kortom "Kerken in Bavel" is een erg interessant boekje dat boeiend geschreven is door Pater Rademakers en verlicht met vele foto's. De moeite waard!

Bron: Boekje 100 jaar Kerk Bavel

Jan van der Veeken